9789034304049
20,95 €

De avonturen van Asterix en Obelix zijn zowel bij kinderen als bij volwassenen populair. Kinderen amuseren zich over de domheid van Obelix en de onhandigheid van de Romeinen. Volwassenen lachen daarnaast om de woordgrappen, karikaturen en verwijzingen naar de moderne tijd. Franse volwassenen hebben nog meer lol dan Nederlandse lezers. Dat komt doordat tekenaar Uderzo veel bekendheden uit de Franse wereld van TV en film heeft nagetekend en doordat humorist Goscinny duizenden Franse uitdrukkingen en liedteksten in zijn teksten heeft verstopt, die wij niet herkennen. Wanneer je je gaat verdiepen in deze materie ontdek je hoeveel verborgen humor er in de teksten en de plaatjes schuilgaat.

Jaap Toorenaar is docent klassieke talen aan het Stedelijk Gymnasium te Leiden en schrijft al vele jaren over Asterix. Hij kreeg nationale bekendheid als Asterixkenner toen hij in 2003 over dit onderwerp op de Duitse televisie een quiz won. Uitgangspunt van zijn stukjes is steeds het Franse origineel. De Nederlandse vertaling wordt kritisch bekeken, vaak geprezen en soms minder geslaagd gevonden. De karikaturen, de naamgedrochten (wie kent niet Ozewiezewozewiezewallakristallix) en de woordspelingen licht hij eruit. Daarnaast gaat hij als classicus in op wat er nu historisch juist is en wat er niet kan kloppen. Zo is Asterix, de vrolijke wetenschap ontstaan. Iedereen die een Asterixalbum voor zich neemt en de analyse in het boek ernaast legt, zal merken dat het verhaal nu nog leuker en knapper blijkt te zijn en talloze extra grappen bevat, die nog niet eerder zijn opgevallen. Wie dit boek heeft gelezen, zal nooit meer beweren dat het stripverhaal alleen bestemd is voor mensen die te lui zijn om een gewoon boek te lezen.

Integendeel: Goscinny en Uderzo hebben dit genre qua taal en beeld tot een buitengewoon hoog niveau getild. Elke Asterixlezer zal zijn verzameling dankzij dit boek nog meer gaan waarderen.

144 pagina's

Scenarist: 
Tekenaar: 
Uitgeverij: